De opschortende voorwaarde is een belangrijk begrip in het contractenrecht, waarmee partijen de mogelijkheid krijgen om de inwerkingtreding van een overeenkomst afhankelijk te stellen van een toekomstige, onzekere gebeurtenis. Dit biedt partijen flexibiliteit en bescherming tegen onvoorziene omstandigheden.
Een opschortende voorwaarde is een specifieke clausule in een overeenkomst, waarin wordt vastgelegd dat de werking van de overeenkomst pas ingaat wanneer een bepaalde toekomstige gebeurtenis zich voordoet. Tot dat moment zijn de verplichtingen van beide partijen opgeschort. Deze voorwaarden voorkomen dat partijen onvoorwaardelijk gebonden zijn aan een overeenkomst en bieden bescherming als de toekomst onzeker is.
In België is de opschortende voorwaarde vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek, Boek 5, dat handelt over verbintenissen.
Opschortende voorwaarden kunnen in diverse situaties en contexten worden toegepast. Hier zijn enkele voorbeelden:
Financieringsvoorbehoud: In een aandelenoverdracht kan een opschortende voorwaarde worden opgenomen, waarin is bepaald dat de overdracht alleen doorgaat als de koper een hypothecaire lening verkrijgt.
Vergunningsvoorbehoud: Bij de aankoop van onroerend goed kan worden vastgelegd dat de aankoop pas definitief is zodra de benodigde vergunningen zijn verkregen.
Als een opschortende voorwaarde niet wordt vervuld, treedt de overeenkomst niet in werking en zijn partijen niet gebonden aan hun contractuele verplichtingen. Het is van belang dat opschortende voorwaarden duidelijk en gedetailleerd worden omschreven om juridische misverstanden en onzekerheid te voorkomen. Bovendien mag de vervulling van een opschortende voorwaarde niet louter afhankelijk zijn van de wil van één van de partijen.
De retroactieve werking van een opschortende voorwaarde houdt in dat, wanneer de voorwaarde wordt vervuld, de verbintenis terugwerkende kracht krijgt tot het moment waarop de overeenkomst werd aangegaan. Dit betekent dat de gevolgen van de overeenkomst worden geacht te zijn ingetreden vanaf dat eerdere moment.
Met de invoering van het nieuwe verbintenissenrecht is deze automatische retroactieve werking echter afgeschaft. Dit betekent dat, tenzij anders overeengekomen, de gevolgen van het vervullen van de opschortende voorwaarde niet meer automatisch terugwerken tot het moment waarop de overeenkomst werd aangegaan. Partijen kunnen echter contractueel alsnog kiezen voor een retroactieve werking.
Een opschortende voorwaarde biedt partijen de mogelijkheid om de werking van hun overeenkomst afhankelijk te maken van een toekomstige, onzekere gebeurtenis. Dit beschermt hen tegen onvoorziene omstandigheden en voorkomt dat ze onvoorwaardelijk gebonden zijn aan het contract. Het is essentieel om deze voorwaarden zorgvuldig en gedetailleerd te formuleren, zodat beide partijen exact weten wat er wordt verwacht en zodat de vervulling van de voorwaarde niet afhankelijk is van slechts één partij. Door opschortende voorwaarden correct toe te passen, kunnen partijen hun juridische positie versterken en risico’s beter beheren.
Om dit formulier te kunnen versturen moet u het gebruik van technische cookies aanvaarden. Dat kan u hier aanpassen.
Deze cookies worden gebruikt om onderscheid te maken tussen mensen en bots. Bepaalde gegevens, zoals uw IP adres of taal, kunnen hierbij doorgestuurd worden naar Google. Meer info vindt u in onze cookieverklaring.
Tine Peers
Manager Legal tine.peers@vdl.be
Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.
Lees onze laatste inzichten en nieuwsberichten om op de hoogte te blijven van veranderingen in jouw sector.