door Dries Torreele
Ondernemingen die (een) werknemer(s) in volle coronacrisis tijdelijk werkloos moesten stellen, kunnen nu een beroep doen op een tijdelijke gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. Dat wetsvoorstel keurde de Kamer op 9 juli 2020 goed.
Deze tijdelijke vrijstelling geldt voor de verschuldigde bedrijfsvoorheffing tijdens de maanden juni, juli en augustus. De bedrijfsvoorheffing die in dit geval niet moet worden doorgestort, wordt berekend op basis van de totale kost aan bedrijfsvoorheffing op grond van de betaalde of toegekende belastbare bezoldigingen van de maand mei 2020. Het gaat hier specifiek om alle bezoldigingen met uitzondering van het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de achterstallige bezoldigingen.
De vrijstelling is gelijk aan 50 procent van het verschil tussen enerzijds de kost aan bedrijfsvoorheffing (per maand) tijdens de maanden juni, juli en augustus, en anderzijds de totale kost aan bedrijfsvoorheffing van de maand mei.
Een voorbeeld: De bedrijfsvoorheffing bedraagt in mei 20.000 euro en in juni 30.000 euro. Voor de maand juni kan in dit geval een vrijstelling van (30.000 – 20.000) / 2 = 5.000 euro worden toegekend.
Om in aanmerking te komen voor deze tijdelijke vrijstelling, gelden een aantal voorwaarden:
De concrete toepassingsmodaliteiten zijn vandaag nog niet gekend en zullen deel uitmaken van een Koninklijk Besluit.
Dries Torreele
Certified Tax Advisor dries.torreele@vdl.be
Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.
Lees onze laatste inzichten en nieuwsberichten om op de hoogte te blijven van veranderingen in jouw sector.