door Simon Boon en Carolien Christiaens
Een klassieke techniek om jouw familiaal vermogen te regelen met oog op de volgende generaties, is het testament met restlegaat of fideï-commis de residuo. Dit testament biedt bescherming en flexibiliteit, zowel op civiel als op fiscaal vlak.
De testator voorziet een legaat waarin bepaalde goederen toekomen aan een eerste begunstigde (‘de bezwaarde’) en stipuleert dat de restwaarde van deze goederen toekomt aan een tweede begunstigde (‘de verwachter’) op moment van overlijden van de eerste begunstigde. De eerste begunstigde mag in principe vrij beschikken over de goederen en ze ook opgebruiken, al kan de testator wel bepaalde beperkingen en voorwaarden opleggen. Zo wordt vaak bepaald dat de bezwaarde enkel ten bezwarende titel (bijvoorbeeld verkopen) over de goederen mag beschikken en deze niet mag wegschenken.
Op civiel vlak speelt er zich dus het volgende af: op het moment van overlijden van de bezwaarde keren de resterende goederen eerst fictief terug naar de nalatenschap van de testator om dan toebedeeld te worden aan de verwachter. Dit vertaalt zich ook naar het fiscale luik. De verwachter zal aan erfbelasting worden onderworpen op moment dat hij het residu verkrijgt, weliswaar aan de tarieven in de erfbelasting die gelden tussen de testator en de verwachter.
We leggen dit verder uit aan de hand van een praktijkvoorbeeld. Stefaan is een alleenstaande vader met twee dochters, Hannah en Sarah. Sarah heeft een fysieke en mentale beperking, waardoor ze een lagere levensverwachting heeft dan haar zus en nooit kinderen zal kunnen krijgen. In dit soort familiale situaties wordt regelmatig een restlegaat voorzien om de successie te regelen. Stefaan voorziet in zijn testament een algemeen legaat 50/50 naar elke dochter en daarbovenop een fideï-commis de residuo op het erfdeel van Sarah ten voordele van Hannah. Op het moment dat Sarah overlijdt, komt het resterende deel van haar legaat dus toe aan Hannah. De tarieven in de erfbelasting waaraan Hannah wordt onderworpen op dat moment zijn deze in rechte lijn (tussen Stefaan en Hannah) en niet die in zijlijn (tussen Sarah en Hannah). Dit is fiscaal voordelig voor Hannah, want het hoogste tarief erfbelasting in zijlijn bedraagt 55% vanaf de schijf boven 75.000 euro, tegenover 27% erfbelasting in rechte lijn vanaf de schijf boven 250.000 euro.
Ook koppels zonder kinderen voorzien vaak een restlegaat, omdat men elkaar als partner maximaal wil beschermen door elkaar de gehele nalatenschap te legateren. Maar wat gebeurt er met het overgebleven deel uit de nalatenschap van de eerst overleden partner als ook de andere partner komt te overlijden? In de meeste gevallen wordt de eigen familie boven de schoonfamilie verkozen. Indien er geen fideï-commis de residuo voorzien is, zal de schoonfamilie echter toch de nalatenschap van de eerst overleden partner verwerven. Bij dit voorbeeld betreft het een verrichting om persoonlijk-familiale redenen en minder uit fiscale overwegingen.
Lees verder onder de afbeelding.
Je kan ook gebruik maken van de fideï-commis de residuo bij leven, namelijk in de vorm van een restschenking. Het principe is quasi identiek aan dat van het restlegaat. We zetten het mechanisme opnieuw uiteen via een concreet voorbeeld.
Een grootouder schenkt aan zijn kind (‘de bezwaarde’) een effectenportefeuille onder de ontbindende voorwaarde van overlijden van de bezwaarde en het nog niet hebben opgebruikt van de geschonken goederen. Daarnaast doet de grootouder een schenking aan zijn kleinkind (‘de verwachter’) onder de opschortende voorwaarde van overlijden van de bezwaarde (de ouder van het kleinkind) en het nog niet hebben opgebruikt van de geschonken goederen door de bezwaarde. De grootouder kan op deze manier bekomen dat zijn schoonkind (de partner van zijn kind) geen aanspraak kan maken op de goederen. Na het overlijden van zijn kind gaan deze geschonken goederen immers meteen over naar de kleinkinderen en blijven ze binnen dezelfde bloedlijn. Ook bij de restschenking kan men voorwaarden en beperkingen via bepaalde modaliteiten opnemen in de schenkingsakte. Het principe blijft wel dat men vrij mag beschikken (minstens ten bezwarende titel) over de geschonken goederen.
De restschenking moet verplicht via een notariële akte gebeuren. Je betaalt schenkbelasting op moment van de schenking en opnieuw wanneer het fideï-commis de residuo in werking treedt. De schenkbelasting zal dan geheven worden op de waarde van het residu. Vooral bij roerende goederen kan deze techniek daarom fiscaal interessant zijn. Het kleinkind van ons voorbeeld hierboven zal immers de hogere erfbelasting vermijden op de bezwaarde goederen en enkel de schenkbelasting moeten betalen. De schenkbelasting in rechte lijn bedraagt 3% vlak tarief. Voor onroerende goederen is de restschenking in principe ook mogelijk maar fiscaal minder interessant gelet op de hogere tarieven.
Bij vragen kan je ons steeds contacteren via onderstaand formulier.
Om dit formulier te kunnen versturen moet u het gebruik van technische cookies aanvaarden. Dat kan u hier aanpassen.
Deze cookies worden gebruikt om onderscheid te maken tussen mensen en bots. Bepaalde gegevens, zoals uw IP adres of taal, kunnen hierbij doorgestuurd worden naar Google. Meer info vindt u in onze cookieverklaring.
Simon Boon
Senior Advisor Legal Simon.Boon@vdl.be
Carolien Christiaens
Senior Manager Legal carolien.christiaens@vdl.be
Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.
Lees onze laatste inzichten en nieuwsberichten om op de hoogte te blijven van veranderingen in jouw sector.