/

/

verrekening fbb op franse dividenden: einde van de dubbele roerende voorheffing

Tax & Legal
25 juni 2021

door Febe Louage en Els Van Eenhooge

Verrekening FBB op Franse dividenden: einde van de dubbele roerende voorheffing

Beleggers die Franse aandelen bezitten hielden slechts een fractie over van de dividenden die daaruit voortvloeiden, omdat ze zowel in Frankrijk (12,8%) als in België (30%) werden belast. Om deze dubbele belasting te vermijden voorziet het dubbelbelastingverdrag tussen België en Frankrijk in een verrekening van de Franse bronheffing. Dankzij deze specifieke bepaling moet België steeds een minimumverrekening van 15% van het nettobedrag toekennen.

Verrekening FBB op Franse dividenden: einde van de dubbele roerende voorheffing

De Belgische administratie heeft lange tijd geweigerd om de verrekening toe te passen. Begin dit jaar kondigde de minister van Financiën echter aan dat de FOD Financiën de recente rechtspraak dan toch zou volgen. Het was even wachten op duidelijkheid, maar op 28 mei 2021 werd de langverwachte circulaire eindelijk gepubliceerd. Uit die circulaire blijkt echter dat er toch nog enkele strikte voorwaarden aan de verrekening verbonden zijn.

Franse dividenden ontvangen in en na 2020

Voor dividenden die u heeft ontvangen in de loop van 2020, is het belangrijk dat deze correct worden opgenomen in uw aangifte personenbelasting (Vak VII, A en F). Ook dividenden waarop de bank reeds roerende voorheffing heeft ingehouden, moeten worden opgenomen in de aangifte personenbelasting, om aanspraak te kunnen maken op de verrekening.

Franse dividenden ontvangen vóór 2020

De verrekening voor de voorgaande jaren kan enkel aangevraagd worden via een bezwaarschrift, en niet via een verzoek tot ambtshalve ontheffing. Dat betekent dat de verrekening niet meer kan worden aangevraagd als de bezwaartermijn verlopen is. De bezwaartermijn bedraagt zes maanden te rekenen vanaf de derde dag die volgt op de verzendingsdatum van het aanslagbiljet.

De verrekening kan enkel worden doorgevoerd als de inkomsten werden opgenomen in de aangifte personenbelasting. De belastingplichtigen die gekozen hebben voor de inhouding van de bevrijdende roerende voorheffing door de Belgische bank zonder aangifte in de personenbelasting komen niet in aanmerking voor de toepassing van de verrekening. Dit standpunt staat in schril contrast met de uitspraak van het Hof van Beroep in Gent van 15 december 2020, waarin het Hof bevestigt dat de verrekening van het FBB ook moet worden toegekend wanneer de Franse dividenden niet in de aangifte personenbelasting werden opgenomen. De administratie zou naar  het Hof van Cassatie stappen. In afwachting van de uitspraak van het Hof van Cassatie kan het dus de moeite lonen om binnen de bezwaarperiode een bezwaar in te dienen, ook voor de dividenden die u niet in uw aangifte hebt opgenomen.

Andere Franse inkomsten

De bepaling van het Frans-Belgisch dubbelbelastingverdrag over de verrekening van het FBB omvat zowel de dividenden als de interesten. De maatregel zal dus ook worden toegepast op interesten uit obligaties, fondsen of andere Franse spaarrekeningen.

Roerende inkomsten uit andere landen

Volgens de circulaire kan de verrekening enkel worden toegepast voor roerende inkomsten van Franse bron, omdat het hier specifiek gaat om een bepaling in het dubbelbelastingverdrag tussen Frankrijk en België. Deze bepaling werd ook opgenomen in enkele andere verdragen, zoals het verdrag met Australië, Italië en Hongarije. Anderzijds bestaan er ook verdragen die geen rekening houden met de Belgische FBB-regels. In dit geval moet België eveneens de verrekening toekennen.

Deel dit artikel

Febe Louage

Manager International febe.louage@vdl.be

Els Van Eenhooge

Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.


Nieuws en inzichten

Lees onze laatste inzichten en nieuwsberichten om op de hoogte te blijven van veranderingen in jouw sector.