International
04 maart 2021

Brexit: ook gevolgen voor mijn dividenden of intrestbetalingen?

door Bert Vandorpe en Hannelore Durieu

Het is nu reeds twee maand geleden dat het Verenigd Koninkrijk, na een lang proces, de Europese Unie volledig heeft verlaten. Dat het Verenigd Koninkrijk dan toch uiteindelijk de EU heeft verlaten, heeft gevolgen op sociaal vlak, op het vlak van btw en op het vlak van directe belastingen. Consequenties van de Brexit op sociaal en op het vlak van de btw werden reeds in voorgaande artikels besproken. In dit artikel zullen wij ons focussen op de consequenties van Brexit op het vlak van taxatie van roerende inkomsten.

Moeder-Dochterrichtlijn

De Europese moederdochterrichtlijn heeft tot doel om dubbele belastingheffing op dividenduitkeringen tussen groepsvennootschappen te voorkomen. Onder deze richtlijn zijn dividenduitkeringen vrijgesteld van bronheffing in het land waar de dochtervennootschap gevestigd is en moeten maatregelen worden genomen om dubbele belasting te vermijden op ontvangen dividenden in het land waar de moedervennootschap gevestigd is.

Opdat de moederdochterrichtlijn van toepassing is, moeten bepaalde voorwaarden voldaan zijn. De Europese richtlijn stelt onder andere dat de dochtervennootschap en de moedervennootschap in een Lidstaat van de EU gevestigd moeten zijn. De vraag stelt zich dus wat de impact is van de Brexit op dividenden die worden uitgekeerd door een Belgische dochtervennootschap aan haar in het Verenigd Koninkrijk gevestigde moedervennootschap en op dividenden die worden door een dochtervennootschap in het Verenigd Koninkrijk aan haar Belgische moedervennootschap.

Dividenduitkeringen door een Belgische dochtervennootschap (vrijstelling roerende voorheffing)

Op vlak van roerende voorheffing is de impact van de Brexit gelukkig beperkt voor Belgische bedrijven, omdat België er bij de omzetting van de Europese richtlijn in de Belgische wetgeving, voor heeft geopteerd om het toepassingsgebied van de richtlijn te verruimen van EU landen naar alle landen waar België een verdrag heeft gesloten dat voorziet in de uitwisseling van inlichtingen.

Aangezien het dubbelbelastingverdrag met het VK een clausule bevat die in gegevensuitwisseling voorziet,  blijft de internrechtelijke vrijstelling van roerende voorheffing van toepassing. Ook op vlak van formaliteiten wijzigt er niets en moet er nog steeds samen met de aangifte roerende voorheffing een vrijstellingsattest worden ingediend.

Dividenduitkeringen aan een Belgische moedervennootschap

Om dubbele belastingen op ontvangen dividenden te vermijden, heeft België de DBI-aftrek geïmplementeerd. Ook hier is het echter geen vereiste dat de dochtervennootschap in een EU lidstaat gevestigd is.

Er moet wel worden aangetoond dat de gemeenrechtelijke bepalingen inzake belastingen niet aanzienlijk gunstiger zijn in het VK dan in België, maar rekening houdend met het huidig tarief van de vennootschapsbelasting (25%), is dit op vandaag niet het geval.

Rekening houdend met het feit dat het intern recht in het Verenigd Koninkrijk voorziet in vrijstelling van bronheffing op uitgekeerde dividenden, kunnen dividenden na Brexit nog steeds belastingvrij worden uitgekeerd door een UK dochter aan haar Belgische moedervennootschap.

Interest-Royaltyrichtlijn

Bij royalty- en interestbetalingen tussen twee verbonden vennootschappen gelegen in de Europese Unie is het mogelijk om beroep te doen op de Interest-Royaltyrichtlijn. Deze richtlijn geeft aan dat de betaalde interesten en royalty’s tussen verbonden vennootschappen in de EU, enkel in het land van de ontvangende vennootschap mogen belast worden en dus moeten worden vrijgesteld van bronheffing in de bronstaat.

Sinds 31 december 2020 is het voor Belgische bedrijven die een interest of royalty betalen/ontvangen aan/van een verbonden vennootschap in het Verenigd-Koninkrijk, niet langer mogelijk om beroep te doen op deze richtlijn.

Hier brengt het dubbelbelastingverdrag tussen België en het Verenigd Koninkrijk echte soelaas. Het verdrag bepaalt namelijk aan dat betaalde interesten in het kader van gewone leningen en royalty’s enkel mogen belast worden in het land waar de ontvanger van deze betalingen gevestigd is. Om zich te kunnen beroepen op de vrijstelling onder het verdrag, zullen wel bepaalde formaliteiten moeten worden voldaan. Langs Belgische zijde houdt dit in dat er een aangifte roerende voorheffing moet worden ingediend samen met een formulier 276Int.

Heb je bijkomende vragen over hoe roerende inkomsten ingevolge van Brexit getaxeerd worden? Neem dan zeker contact op met één van onze specialisten.

Contactformulier

Wil je graag meer weten of heb je nood aan gespecialiseerd advies? Neem contact op met een van onze specialisten.

Om dit formulier te kunnen versturen moet u het gebruik van technische cookies aanvaarden. Dat kan u hier aanpassen.
Deze cookies worden gebruikt om onderscheid te maken tussen mensen en bots. Bepaalde gegevens, zoals uw IP adres of taal, kunnen hierbij doorgestuurd worden naar Google. Meer info vindt u in onze cookieverklaring.